Boek: Wat ouders niet weten: Hechting, verlangen naar liefde en angst voor liefdesverlies
Boek door Lietje van Blaaderen
Recensie door Marlies Kannegieter
Ten eerst moet ik even kwijt dat dit boek rommelig is. Ik had het boek een jaar geleden zien liggen en kocht het omdat het me wel wat leek maar eenmaal thuis gekomen in het boek bladerend stond me iets tegen. Was dat de rommelige opbouw en schrijfwijze? Ik legde het in de boekenkast en raakte het een tijd niet meer aan.
Maar na een paar maanden dan toch weer in mijn handen. Het rommelige verdween op de achtergrond. De inhoud sprong er nu meer uit. Misschien dat het begrip hechting me nu meer zegt. Nu, met mijn inmiddels anderhalf jaar oude dochter, kan ik, terugkijkend, beter zien wat hechting voor mij, voor haar en mij betekent. Want “Wat ouders niet weten” gaat over hechting.
Van Bladeren zegt dat de eerste levensjaren van cruciaal belang zijn voor de verdere ontwikkeling. Met een goede hechting heeft het kind en later de volwassene minder last van verlatingsangst, onmacht, jaloezie en kan geweld worden voorkomen.
Het leven van een baby/peuter/kleuter is niet makkelijk. Als je je aan de hand van bijvoorbeeld dit boek verdiept in het wel en wee van een jong kind zie je dat er behoorlijk veel en diep verdriet en frustraties ervaren “moet” worden. Ik zeg “moet” omdat dit voor de ontwikkeling, aldus de schrijver, noodzakelijk is voor het leven, om mens te zijn. Er zijn veel emoties die het kind kan voelen. Naarmate het ouder wordt worden de gevoelens gecompliceerder.
Net als het ervaren van dit soort emoties, is het zien ervan van doorslaggevend belang. Het gaat er om dat de ouder (zij spreekt het meest over de moeder) er oog voor heeft en er op reageert. Met liefde en begrip.
Elke fase (in het boek zijn het er tien) heeft zijn eigen aandachtspunt. Neem fase zes een natuurlijke ontwikkeling in de periode tussen ongeveer één en anderhalf jaar is het intensief uiten van gevoelens. Het kan nu heel goed laten zien dat het je heel lief vindt. En inderdaad, ik voel nu nog de armpjes op mijn schouders drukken van de omhelzing van vanmorgen van mijn dochtertje, haar snotterige hoofdje in mijn nek, zeggend “lief!” met zoveel gevoel! Zij doet dit voor het eerst op deze intense en bewuste manier. Net zo intensief is het ervaren van de eenheid met mama en het zichzelf voelen. Het kind ervaart dat het in een relatie “staat”. Dat je je één kunt voelen maar ook apart van de ander. Het gaat zich onderscheiden. Dit heet de psychologische geboorte. In fase zes begint het en het eindigt met drie jaar.
In fase negen is het kind ongeveer drie en half tot vier jaar.
Meer en meer ervaart het kind zichzelf als een ‘mens tussen de mensen’. Elk mens heeft z’n eigen-aardigheden. Het wordt zich in deze periode bewuster van het feit dat het o.k is als het boos wordt of ergens een andere mening over heeft. Het betekent niet dat het de liefde van zijn ouders verliest. Het krijgt ook meer een wij-gevoel, een besef van verbondenheid. Het toont meer interesse in de ander. Dit wordt in deze periode explicieter. Het kan zich ook met woorden uiten. Gewoon vanuit de ontwikkeling van zijn eigen veilige hechting.
Het gescheiden zijn en het zelfstandig en onafhankelijk voelen – in het boek is het de rode draad die door elke fase loopt – is heel intensief voor het jonge kind. Dit is het begin van het groeien naar volwassenheid. Als ouders zich kunnen verplaatsen in het kind en de signalen kunnen zien, is de kans groter dat er op het gebied van hechting en (eigen)liefde een stevige basis is gevormd.
Fasen verlopen zelden gladjes.
Geleidelijk, en meestal als een fase al een tijdje aan de gang is, kun je bij je kind zien dat het in een volgende fase is beland. Er vinden in die fasen ook terugvallen plaats. Tenminste, zo wordt dat vaak genoemd. Het zijn echter geen terugvallen maar herhalingen van de vorige fase. De veilige hechting die het kind ervaren en verworven heeft in een eerdere fase komt terug tijdens een situatie waarin er voor de gevoelswereld van het kind veel gebeurt, bijvoorbeeld een verandering in de thuissituatie. Vader gaat een paar weken op reis en moeder moet wat meer van huis. Moeder merkt dat een vierjarig kind telkens bij het afscheid nemen hangerig wordt en gaat huilen. Terwijl dit al heel lang niet meer was voorgevallen! Het lijkt wel zoals toen het een baby was! Op deze manier worden verworvenheden verder verdiept.
Het rommelige van het boek neem je na een tijdje voor lief. Af en toe zie je het geworstel met woorden om gevoelens en ontwikkelingen uit te drukken. En daar hebben we, als lezer, begrip voor. Niets is gecompliceerder, gevarieerder en moeilijker in woorden te vatten dan het opgroeien van een kind van nul tot zes jaar… en daarom is het zo belangrijk dat dit begeleid en in ieder geval GEZIEN wordt! Het boek van Lietje van Blaaderen is daar zeker een goed handvat voor.
Eigenlijk laat ze alleen maar zien. Er zijn geen hoe-te-doen’s in te vinden.
En al zou het een logisch gevolg zijn, AP als benaming komt er niet in voor. Ergens heeft ze het over “baby in een wiegje” en over “de fles geven”. Tegelijkertijd heeft ze het ook over borstvoeding. Maar ze heeft het niet over lang borstvoeden en samen slapen. Dat is jammer want dat draagt zeker bij aan een goede hechting. Toch is dit een boek met een behoorlijk AP-gehalte.
Wat ouders niet weten.
Hechting, verlangen naar liefde en angst voor liefdesverlies. Lietje van Blaaderen.
Van Tricht uitgeverij. 2001
Eerder verschenen in Nieuwsbrief Natuurlijk Ouderschap nr 13, 2003